Carbon footprint
Om antwoord te bieden op de klimaatverandering, ontwikkelde de Europese Unie de Green Deal. Hiermee streeft de EU naar een grondstofefficiënte en concurrerende economie. De Green Deal wordt bekostigd met één derde van de 1,8 biljoen euro voor het herstelplan NextGenerationEU, en uit de zevenjarenbegroting van de EU. Volgende doelstellingen werden opgenomen:
een netto-uitstoot van broeikasgassen van nul tegen 2050 (klimaatneutraliteit!)
economische groei zonder uitputting van grondstoffen
geen mens of regio die aan zijn lot wordt overgelaten
Als gevolg van deze politiek wordt in een aantal buurlanden, maar ook buiten de grenzen van de EU, reeds werk gemaakt van een koolstoftaks (o.a. in Frankrijk, recent ook Duitsland, en al enkele jaren in Canada). Een prijs op CO2 is een onmisbaar onderdeel van een doelgericht klimaatbeleid. Het doel van de taks is mensen en bedrijven overtuigen te kiezen voor klimaatvriendelijke alternatieven. Het hoeft dan niet te verbazen dat het voor bedrijven wereldwijd steeds belangrijker wordt om de koolstofintensiteit van hun activiteiten te kennen; ze worden er aan het einde van de rit ook op afgerekend. Ook een aantal Belgische bedrijven, inclusief diegene die de onder EU-ETS regelgeving vallen, hebben reeds baat bij het in kaart brengen van de koolstofintensiteit. België mag dan al niet als gidsland gelden binnen de energietransitie, er wordt verwacht dat we vroeg of laat in België ook het voorbeeld van andere Westerse landen zullen volgen. Het thema leeft, ook in de binnenlandse politiek.
Wat houdt een Carbon Footprint in?
Methodiek voor het bepalen van de CO2-voetafdruk
Carbon footprinting is – als je aan de slag wil met energie en duurzaamheid – vaak een belangrijke eerste stap in het in kaart brengen van de koolstofintensiteit, en gaat net wat verder dan de doorsnee energieaudit.
De carbon footprint wordt berekend als de som van de uitstoot van broeikasgassen, uitgedrukt in CO2-equivalenten op basis van hun “Global Warming Potential (GWP)”. Dit gebeurt op maat van de klant en met behulp van relevante internationale normen, codes van goede praktijk en specifieke rekentools. Er bestaat een heel gamma aan tools en protocols om een carbon footprint uit te voeren, met verschillende internationaal aanvaarde methodes (bvb. GHG-protocol, Bilan Carbone, …). De methodes maken vaak onderscheid tussen een scope I, II en III. Vandaag wordt veelal ‘slechts’ scope I en II bekeken, die zich beperken tot de emissies gerelateerd aan de activiteiten ter plaatse. Maar het in kaart brengen van scope 3 is wel een belangrijke eerste stap om ook leveranciers en afnemers bewust te maken van hun impact:
Scope 1: directe uitstoot van broeikasgassen (bv. verbranding aardgas, lekken koelmiddelen etc.)
Scope 2: indirecte uitstoot broeikasgassen door verbruik van elektriciteit
Scope 3: indirecte uitstoot van activiteiten upstream & downstream van de keten (denk hierbij aan uitstoot gerelateerd aan de productie van grondstoffen/waterverbruik etc., transport- en distributieverliezen van elektriciteit, aan het inhuren van externe leveranciers voor goederen en diensten o.a. extern transport/hosting/…, uitstoot gerelateerd aan woon-werkverkeer, zakelijk verkeer, afvalverwerking enz.
Gezien de langetermijnbegroting van de EU gedeeltelijk gefinancierd zal worden door koolstofheffingen aan de grens, wordt verwacht dat scope III naar de toekomst sterk aan belang zal toenemen.
Afbakening van het onderzoeksgebied
De CO2-voetafdruk kan bepaald worden op bedrijfs-, site-, of productniveau, maar bijvoorbeeld ook voor een bepaald evenement.
Bij het bepalen van een CO2-voetafdruk wordt een referentiejaar vastgelegd, zodat de totale CO2-voetafdruk voor dit referentiejaar kan worden berekend. Exergie houdt er rekening mee dat een jaarlijkse update van deze balans zeer eenvoudig, doch accuraat kan uitgevoerd worden, wat (indien gewenst) volledige jaarlijkse CO2-compensatie mogelijk maakt. Bovendien is Exergie zeer transparant wat betreft de conversiewaarden voor CO2, zodat de klant zelf inzicht verwerft in hoe deze berekeningen tot stand zijn gekomen.
Actieplan rond koolstofintensiteit
Zodra de CO2-voetafdruk bepaald is, kan een actieplan worden opgesteld om CO2-neutraliteit voor de onderneming te bekomen tegen 2050. Er kunnen doelstellingen vastgelegd worden op korte en lange termijn. Op die manier kan een duurzaamheidspolitiek geïntegreerd worden in het bedrijf. Voorbeelden van acties die o.b.v. de carbon footprint uitgevoerd kunnen worden, zijn:
Energieaudit met focus op zowel quickwins als langetermijndoelstellingen (o.a. optimale recuperatie van beschikbare restwarmte, elektrificatie van technieken)
Omschakeling op natuurlijke koelmiddelen bij warmtepompen (al dan niet aan het einde van de levensduur)
Potentieel voor implementatie van een energiemanagementsysteem
Potentieel voor groene mobiliteit
Potentieel voor lokale productie van hernieuwbare energie
Overleg met toeleveranciers omtrent duurzaamheid geleverde diensten/goederen
Aankoop van groene energie
CO2-compensatie maatregelen
...